Project ‘van koffiedik tot knolselderij’
Hoe worden we echt circulair? Oftewel: hoe benutten we ons restsubstraat optimaal?

Ons doel? De huidige groene woestijn die we op veel plekken in Nederland hebben omzetten in een biodivers landschap met uitgebreid bodemleven.
Verantwoordelijkheid nemen voor een reststroom of afvalstroom, wat betekent dat eigenlijk? Wij laten samen met de Universiteit Utrecht, de Koningshof, een aantal lokale boeren en basis- en middelbare scholen in Utrecht zien dat er andere manieren zijn om naar afval te kijken. We onderzoeken welke gewassen goed groeien op onze reststroom (koffiedik dat gebruikt is om oesterzwammen op te kweken), gebruiken deze kennis om 200 gezinnen van voedsel te voorzien en maken deze kennis toegankelijk voor een groter publiek.
Stel je een oesterzwammenkwekerij aan de rand van de stad voor. Koffiedik uit de stad wordt hierheen gebracht en verwerkt tot oesterzwammen. Nadat de oesterzwammen zijn geoogst wordt het substraat afgevoerd naar boerderijen op het platteland. De boeren weten precies onder welke groenten ze het substraat het best kunnen verwerken voor de beste oogst. Door het substraat toe te voegen aan de bodem kunnen 200 gezinnen uit de directe omgeving van de boerderij genieten van lokale groenten, is de grond verrijkt met organische stof én weten honderden mensen wat er komt kijken bij lokale voedselproductie.
Waarom dit project?
Door op deze innovatieve manier naar reststromen te kijken, willen wij met een aantal ondernemingen en maatschappelijke organisaties bijdragen aan duurzame, lokale voedselproductie. Hierbij creëren we meerwaarde voor verschillende partijen door een reststroom nog twee keer als grondstof te gebruiken voordat het weer onderdeel wordt van een nieuwe voedselkringloop. Tegelijk werken we aan kennisdeling door samen met onderwijsinstellingen, maatschappelijke organisaties en lokale ondernemers te werken aan nieuwe voedsel- en verdienmodellen. Omdat veel mensen van deze samenwerking horen (doordat het project op scholen ook gaat lopen en een fysieke plek krijgt op de Koningshof), zal de kennisopbrengst draagvlak krijgen, in de stad en op het platteland. De organische opbrengst (groente) wordt opgegeten door de klanten van de koningshof en de mensen die aangesloten zijn bij de Herenboeren op het platteland. En in de toekomst kan het substraat wellicht op grotere schaal worden uitgereden op het land.
Waarom ook scholen betrekken?
En misschien wel het leukst is dat parallel aan dit actieonderzoek, scholen gaan meedenken en doen. 1500 Utrechtse basisschoolleerlingen gaan zelf oesterzwammen kweken op een afvalstroom (koffiedik). Maar wat doen ze met het substraat dat overblijft nadat ze de oesterzwammen hebben geoogst? Daar gaan ze samen een plan voor bedenken. Ze leren dus verantwoordelijk omgaan met hun afval en nemen een voorschotje op de circulaire economie. 250 middelbare scholieren gaan nadenken over onze businesscase. Hoe kan een afvalstroom waardevol worden? En hoe kan een afvalstroom van een circulair bedrijf het verdienmodel van een ander bedrijf zijn? Op deze manier leren zij over circulaire economie én helpen ze ons met ‘out of the box’ ideeën.
Meer over de educatieve plannen & aanmelden met je klas (PO of VO) voor het project? Kijk hier.
Mogelijk gemaakt door:
Wij kunnen dit project doen door steun van de Provincie Utrecht en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling, via het Europese subsidiefonds LEADER. Utrecht Oost. Meer weten over hun projecten? Kijk op: www.leaderutrechtoost.nl
